dinsdag 5 februari 2008

1498. De prooiën en het succes van de spaanse inquisitie

Nieuwe prooien die de rol van de kerk tot een minimum terugbrachten
In 1498 had de Inquisitie sodomie toegevoegd aan de misdaden die onder haar bevoegdheid vielen; later komen daar nog bigamie en blasfemie bij. Ondertussen blijven tot in 1520 haar voornaamste slachtoffers de ‘conversos’. Omstreeks die datum dienen nieuwe prooien zich aan.: de alumbrados, een groep van verlichten (illuminaten), mystici, vooral vrouwen, godzaligen, die de rol van de kerk en de waarde van haar ceremoniën tot een minimum terugbrachten en aanspraak maakten op een direct contact met God. Daarna zijn het de aanhangers van de stellingen van Erasmus, die aanvankelijk goed worden onthaald maar daarna verdacht werden, hoewel Erasmus zelf nog niet was veroordeeld. Illuminaten en erasmianen werden vervolgd en de Inquisitie brengt hen in haar afkeuring onder dezelfd noemer als de ‘lutheranen’. Volgens de Spaanse theoloog MelquíadesAndrés was er een ‘gemeenschappelijk kenmerk qua spiritualiteit’ tussen de alumbrados, de erasmianen en de ‘Lutheranen’: het innerlijke leven. ‘Zij leggen er de nadruk op persoonlijke relaties van de ziel met God, zonder tussenkomst van priesters of de kerk...’ Voor het merendeel Spanjaarden die geïnspireerd werden door bepaalde ideeën van de Hervorming, deels ook echte protestanten, maar dat waren vooral buitenlanders. Men hied er grote auto-da-fe’s voor, van 1559 tot 1562, met name in Valladolid en Sevilla, en het protestantisme verdween uit Spanje, dat zich afsloot voor van buiten komende invloeden en zich volledig isoleerde: Filips II riep alle in het buitenland studerende Spanjaarden terug. De censuur werd ingesteld; in 1551 verscheen een Index; hij werd afgesloten in 1559 - er zouden er nog vele volgen. Vanaf 1558 werd het importeren van buitenlandse boeken een strafbaar feit.
***Bron 6: blz. 22/23***

Geen opmerkingen: